Stresssignalen

Een hond die last heeft van stress zal stresssignalen laten zien. Stress kan bijvoorbeeld ontstaan als een hond de situatie niet kan beïnvloeden of kan voorspellen. Bijvoorbeeld als hij aan de lijn loopt en daardoor niet kan uitwijken voor een in zijn ogen eng ratelend karretje. Of als een hond twee dingen wil doen die niet tegelijkertijd kunnen en hij niet kan kiezen, bijvoorbeeld als de eigenaar hem roept terwijl er net een andere hond aan komt lopen waar hij eigenlijk ook wel naar toe wil.

Stress hoeft niet altijd negatief te zijn: een hond die erg opgewonden is omdat hij naar het bos mag, heeft ook stress. Maar ook positieve stress kan een belasting zijn voor de hond. Stress die heel even duurt is in principe niet erg. Maar stress die vaak terugkomt of die lang duurt, kan slecht zijn voor de gezondheid van een hond.

Er zijn allerlei meer en minder opvallende gedragingen en signalen waaraan we kunnen zien dat een hond last heeft van stress. Deze zijn op te delen in vijf groepen:

Ambivalent gedrag. Dit betekent dat de hond twee gedragingen tegelijk of na elkaar uitvoert die met elkaar in tegenspraak zijn: hij kan niet kiezen. Bijvoorbeeld:

  • naderen-deinzen: als een hond begint te blaffen tegen een indringer en daarbij steeds naar voren springt en weer achteruit deinst. Aan de ene kant wil hij er op af en de indringer verjagen, aan de andere kant wil hij wegrennen. Omdat hij dat niet tegelijkertijd kan doen, wisselt hij het af.
  • ambivalente houding: een hond kan bijvoorbeeld zijn oren naar voren houden en daardoor dus zelfverzekerd lijken, maar zijn staart laag houden en daarmee dus onderdanigheid of onzekerheid aangeven. In zijn houding zijn dan tegelijkertijd kenmerken van onzekerheid en zelfvertrouwen te zien.

Omgericht gedrag. Dit is gedrag dat gericht wordt op iets of iemand anders dan datgene dat het gedrag veroorzaakt. Bijvoorbeeld:

  • bijten in de riem. Een hond die aan de lijn zit, en een andere hond tegenkomt die hij eigenlijk zou willen aanvallen, kan in de riem gaan bijten omdat hij nu eenmaal niet bij die andere hond kan komen. Het kan ook gebeuren dat een hond hierbij zijn baas bijt; hij raakt door het zien van de andere hond zo opgewonden en wil graag bijten, dat hij in het eerste het beste bijt dat er voor zijn bek komt. Als dat toevallig de arm van de baas, is, dan bestaat de kans dat hij daar in bijt. Vaak lijkt de hond hier zelf van te schrikken.

Overspronggedrag. Dit is gedrag dat uit het niets lijkt te komen en niks te maken heeft met de situatie. Vaak ontstaat het als een hond niet weet wat hij moet doen of niet kan kiezen tussen twee gedragingen. Bijvoorbeeld: de baas roept de hond en de hond wil wel komen, maar er komt een andere hond aan en daar wil hij eigenlijk mee spelen. Die twee gaan niet samen. De hond begint dan ineens aan te gras te snuffelen, terwijl daar eigenlijk niks te ruiken valt. Of hij gaat ineens plassen, of zich krabben of eens even uitschudden. Dit is net zoiets als wanneer mensen zich onzeker voelen en dan aan hun haar gaan friemelen of hun bril rechtzetten (die niet scheef stond) of aan hun neus krabbelen (die niet jeukte).

Intentiebeweging. Dit is een beweging waaruit te zien is dat de hond iets wil doen maar dat iets hem tegenhoudt. Bijvoorbeeld een hond die zijn voorpoot optilt. Hij zou eigenlijk willen gaan open (bijvoorbeeld wegrennen voor iets engs, of juist op iets interessants af) maar iets houdt hem tegen (hij zit aan de lijn, of hij weet dat het van de baas niet mag). Dit is duidelijk te zien bij jachthonden die het wild aanwijzen door met 1 pootje opgetild er naar te staan kijken (ze mogen er immers niet achteraan rennen). Bij hen is deze houding door het fokken versterkt en is van stresssignaal een aangeboren houding geworden.

Autonome respons. Dit is een reactie van het lichaam op een stressvolle situatie. Bijvoorbeeld hijgen of kwijlen, omdat een hond het warm krijgt (net zoals mensen kunnen zweten van spanning). Of het verliezen van haren, gapen, niezen, uitschudden (om gespannen spieren en huid weer te ontspannen) of borstelen (het haar op de rug en in de nek gaat overeind staan).

Door op deze signalen te letten, kan men zien dat een hond zich in een bepaalde situatie niet prettig voelt. Het is belangrijk om hier op te letten, want daardoor kunt u voorkomen dat een situatie uit de hand loopt. Nog even een aantal stress signalen op een rijtje:

  • Hijgen
  • Bek aflikken : de tong wordt langs de hele bekrand bewogen.
  • Tongelen : hierbij steekt de hond zijn tong heel even uit, hij likt als het ware kort over zijn neus.
  • Kwijlen
  • Trillen
  • Piepen of janken
  • Hoog blaffen
  • Borstelen: het haar op de nek, rug en/of vlak voor de staart staat overeind.
  • Gapen
  • Pootje heffen : een voorpoot wordt opgetild, niet als bij het ‘pootje geven’ maar alsof de hond een stap wil nemen.
  • Krabben
  • Uitschudden
  • Niezen
  • Zich uitrekken
  • Plassen
  • In de riem bijten
  • Op eigen poten of staart bijten
  • Zichzelf likken
  • Achter de eigen staart aan jagen
  • Kwispelen met een stijve staart
  • Vooruit springen en weer terugdeinzen
  • Oogwit laten zien
  • Verstarren
  • Wegkijken

Bij al deze signalen moet men natuurlijk wel letten op de situatie. Een hond die net wakker wordt en uit zijn mand komt, zal zich uitrekken of gapen zonder dat er sprake is van stress. Een hond die het warm heeft van de zon of die een eind gelopen heeft, zal hijgen. Een hond die net lekker heeft liggen rollen of heeft gezwommen, zal zich uitschudden, ook hier is geen sprake van stress. En sommige hondenrassen, zoals terriërs, hebben van nature een stijve staart waardoor hun kwispel er altijd al strakker uitziet dan die van veel andere rassen.

Als u ziet dat uw eigen hond last heeft van stress, probeer dan of u hier iets aan kunt doen. U kunt de hond bijvoorbeeld uit de situatie halen door hem mee te nemen. Of u kunt uw eigen gedrag aanpassen of dat van mensen in uw omgeving. Ziet u bijvoorbeeld dat uw hond tongelt, wegkijkt en een pootje heft als kinderen op straat hem willen aaien? Laat dit dan niet meer toe, want als de stress nog meer oploopt zou hij kunnen gaan happen. Ga eventueel wel met de hond trainen om hem er aan te wennen, maar doe dit onder begeleiding van een gedragstherapeut voor honden.

Komt u ergens een hond tegen en ziet u dat de hond stresssignalen vertoont als reactie op uw gedrag? Pas dan uw gedrag aan om te voorkomen dat de stress te hoog oploopt en de hond gaat bijten. Let ook goed op als uw kind een hond benadert. Vertoont de hond stresssignalen, laat uw kind dan bij de hond weggaan.

http://www.minderhondenbeten.nl

Bezoeken: 12