Soms hoor je dit soort kreten voorbij komen maar wat houdt het nou eigenlijk precies in? Beschikt elk ras over show en werklijnen en wat betekend dit voor de keuze die je maakt als je een bepaald ras hebt uitgekozen? In het onderstaande artikel wil ik graag mijn visie toelichten over wat ik als showlijn of werklijn zie.
Van oudsher zijn vrijwel alle honden ooit gefokt om een bepaalde werktaak uit te voeren, of het nou is om te helpen met het vee drijven, erfbewaking, jachthonden of ratten vangen, historisch gezien is er over vrijwel elk ras wel iets te vinden.
Tegenwoordig is het echter niet meer vanzelfsprekend dat bepaalde rassen deze taken nog uitvoeren, de hedendaagse hond is in de loop van de tijd erg veranderd. Neem bijvoorbeeld de Duitse Herder of zoals men ze vroeger noemde de Duitse Schapenhond, bedoeld voor het bewaken van de boerderijen en de schapen. Van oudsher dus een echter gebruikshond. De hedendaagse Duitse herder kun je eigenlijk opsplitsen in twee types waar qua uiterlijk inmiddels een heel groot verschil zit. Je hebt namelijk de zogenaamde “showlijnen” (kynologische lijn) en de meer oorspronkelijke “werklijnen” (africhtingslijn). De showlijnen zijn bijna altijd zwart-rood met een aflopende rug, ze zijn ook groter en zwaarder. De werklijnen zijn meestal wat compacter en zijn in veel gevallen grauw of zwart van kleur. (ook wel meer bekend als Oudduitse herder).
Voor je dus een pup gaat kopen, van welk ras dan ook is het dus belangrijk je te realiseren dat er binnen het ras vaak twee lijnen te onderscheiden zijn, de showlijn en de werklijn.
De hond uit de showlijn kenmerkt zich vooral door zijn fraaie bouw, er is veel eenheid in type (hoe de hond eruit ziet, wat vaak ook bereikt word door lijnteelt en/of inteelt). Ook zijn de eigenschappen als bij de werklijn aanwezig in de hond, alleen de driften, de moed en belastbaarheid nodig voor de africhting of om er wat mee te doen is vaak in wat mindere mate aanwezig. De hond uit de showlijn is meestal beter geschikt voor gezinnen waarin totaal geen of weinig interesse is voor een actieve sportbeoefening en vaak een betere keuze. Ze zijn vaak makkelijker in omgang, dit betekent niet dat een showlijn hond een “watje” is, het is wel degelijk een hond die ook geschikt kan zijn voor de sport, echter een groot percentage valt af doordat de werkdrift en de Will to Please minder aanwezig is. Vaak zijn huishonden, honden uit de showlijn, zoals ik hierboven al schreef.
Een hond uit een werklijn is vaak een hond die in de praktijk word ingezet en gebruikt. Vaak als je denkt aan werklijn denk je aan politiehonden, jachthonden of aan schapendrijvers. In mijn ogen is het eigenlijk gewoon het tegenovergestelde van een showlijn. Een hond uit een werklijn zou zich o.a. moeten kenmerken door een grote werklust, goede vaste zenuwen, moedig karakter, grote mate van hardheid en belastbaarheid, intelligent en vol levenslust. De hond uit de werklijn zou dus (in aanleg) geschikter moeten zijn voor de sport, omdat hij in principe gefokt is op karakter en op uiterlijk die voor de sport/ het werk meer voor de hand ligt. Deze honden hebben vaker erfelijke bepaalde gedragseigenschappen waardoor zo’n hond beter op te voeden en te begeleiden is. Als je een hond uit een werklijn neemt zul je er dus mee bezig moeten zijn. Niet alleen qua affectie maar ook door geestelijke oefeningen te geven. Denkspelletjes, Speuren, Sporten, Africhtingsport, Agility, Doggy Dance, hiking etc. Noem maar op! Hij moet veel met zijn poten en geest bezig zijn.
De verschillen tussen showlijnen en werklijnen is uiteraard heel erg rasafhankelijk. Een boxer of duitse herder kun je nou eenmaal niet vergelijken met een Papillon of Chihuahua. Toch ben ik van mening dat een Papillon of andere kleine honden wel degelijk een show- en werklijn hebben.
Maar wat staat er nou in de rasstandaard voor de Epagneul Nain Papillon beschreven inzake grootte en gewicht?
De Raad van Beheer geeft aan:
“De schofthoogte van de Epagneul Nain Continental, Papillon ligt tussen de 25 en 30 cm. Het gewicht varieert van 1,5 tot 5 kilo. “
De rasstandaard van de FCI geeft aan:
“Height at the withers : About 28 cm, Weight : two categories : 1) Less than 2,5 kg for dogs and bitches. 2) From 2,5 kg to 4,5 kg for dogs, from 2,5 kg to 5 kg for bitches. Minimum weight 1,5 kg.”
Zoals al eerder gezegd, een hondje uit een showlijn kan best een leuk sport hondje zijn maar persoonlijk zou ik een hondje van schofthoogte 23 cm en 2,5 kilo met pootjes van een cm doorsnee niet snel voor de Agility gebruiken, de kans dat deze met een windvlaag van de kattenloop afwaait en de pootjes breekt is reëel aanwezig. Als baasje ben je natuurlijk zelf wel zo verstandig om in bepaalde weersomstandigheden niet te gaan trainen met wat voor ras dan ook maar helaas gebeurd het toch vaak genoeg dat er onnodig blessures ontstaan met name bij de wat kleinere en lichtere hondjes. Sterker nog in het verleden heb ik dit tijdens een training zelf zien gebeuren bij een hondje, het was gelukkig niet mijn eigen hond, maar leuk is wat anders. Daarnaast is het altijd de vraag of zo’n hondje wel de hoogte kan halen met springen bij bepaalde hindernissen.
Is elke papillon uit een showlijn dan automatisch een hondje voor de show of thuis? Nee sterker nog, er zijn best wel veel factoren waar je naar moet kijken en ik zeg altijd maar zo, uit twee kampioenen worden echt niet altijd kampioenen geboren. En net als bij elke lijn, je kunt altijd een ander type er tussen hebben zitten, zo worden er net zo goed grote papillons geboren uit de showlijnen met het juiste karakter en zitten er in de werktypes net zo goed kleine papillons die het goed zouden doen in de show of huishondjes met een heel zacht karakter.
Je kunt dus eigenlijk pas zeggen welke richting een pup op gaat na dat ze geboren zijn. Neem als voorbeeld Leandra, een wat grotere Papillon, heeft 3 nestjes gehad (en daar blijft het ook bij). Erg sportief, grote Will to Please, is multi inzetbaar in diverse sporten (triball, agility en doggydance) maar ook een hele fijne wandelhond die je rustig een kilometertje of 15 mee kunt nemen. Evengoed heeft ze haar uitmuntends ook gehaald op de shows (als je wilt fokken dien je ook je show kwalificaties te halen).
Ze is bijvoorbeeld op een kampioensschapsclubmatch omschreven als “Flinke teef, aan de maat, passend hoofd, vriendelijke en intelligente expressie, zeer rastypisch oordracht, prima schaargebit, goede substantie, correcte hoekingen, hazevoetjes, rastypische vachtstructuur, vlot gangwerk en prima temperament”
Een andere uitmuntend die ze heeft behaald ook tijdens een kampioensschapsclubmatch is “Grosrahmige, Kräftige hundin, feminiemer kopf mit sehr schöne ausdruck. Sehr gut angesetzt und getragene ohren, dunkle amandervormige augen, schere 6:6, schwarzes Nasenpigment, sehr gute bursttiefe und breite, gute halslange, gerade kräftige rücken, sehr gut angesetzt und geragen Rute, vorzugliches haarkleid mit gute befederung, hat ein freindlich und freies wesen, bewegt sich mit viel schus.”
Is het echter een showloper, nee je doet er haar ook niet veel plezier mee, Leandra is een op en top werkertje en dat heeft ze inmiddels bewezen. Ook het merendeel van haar nakomelingen hebben zich inmiddels bewezen in verschillende takken van sport (zowel recreatief als professioneel). Ik zeg merendeel want zoals al eerder is aangegeven, je kunt nog zo goed selecteren op een passende reu, type en grootte echter garanties heb je nooit en zoals in elk nestje zitten er altijd wel één of twee huishondjes/ showhondjes bij.
Het eerste nestje van Leandra was een nestje van 6 puppy’s. Een aantal zijn er van in de sport gegaan, doggy dance en agility en zelf heb ik een reutje gehouden, Andy. Toch zaten er in dit nestje ook twee pupjes bij die als ik kijk naar formaat en karakter ik niet in de sport had willen zetten, ze zijn geplaatst als huishondjes om hun karakter en dit was een goed besluit.
Het tweede nestje van Leandra was een nestje van 7 puppy’s. Ook hier vrij veel hondjes die de sport in zijn gegaan en een aantal professioneel die zich ondanks hun jonge leeftijd reeds bewezen hebben. Dit jaar mag er op de wereldkampioenschappen Agility een nakomeling van Leandra Engeland vertegenwoordigen. In dit nestje is er ook één hondje geplaatst als therapie hondje en ook hier zat weer een typisch huishondje bij.
Het laatste nestje van Leandra was een nest van 9, en ook hier zijn weer een aantal puppy’s de sport van ingegaan, gezien de jonge leeftijd is nog niet te zeggen hoe succesvol ze zullen worden maar de potentie is er en de baasjes zijn tevreden. Evenals de vorige nestjes zaten ook hier weer puppy’s bij die ik niet heb geplaatst als sporthondje maar als huishondje.
De mate waarin een pup zich kan ontwikkelen tot een echte sporthond hangt ook af van hoe gedreven het baasje is in de sport, het aantal uren trainen, wedstrijden lopen etc. etc. Bij alles vind ik, plezier staat voorop, of je nou recreatief of professioneel bezig bent.
Zo zie je dus maar weer, uit een combinatie die je voor ogen hebt kunnen verschillende types en karakters geboren worden. Garanties heb je dus nooit, maar de kans word wel aanzienlijk groter als je met bepaalde types fokt, dat je als fokker zo dicht mogelijk bij je doel komt namelijk een showlijn of werklijn fokken.
Monique Koenderink
© 2019 www.herikervlier.nl
Hits: 5334